Serap Can (38), getrouwd en mama van twee dochters, heeft voor de derde
keer kanker. Wanneer ze een berichtje krijgt van een hartgenote, gaat ze het
gesprek aan over de moed om te blijven vechten. Hier geeft ze een kijk in
haar hart, samen met een hartgenote.
"Mag ik je opbellen?" kreeg ik plots binnen in mijn dm’s. Even dacht ik dat het berichtje voor iemand anders was bestemd. "Ik zie je bericht nu pas. Gaat het?" reageer ik onzeker. Vrijwel meteen wordt de reden duidelijk: Kimberly, een hartgenoot, gaat door een moeilijke periode en had graag mijn advies. Waarom zou iemand überhaupt míjn advies willen? Ik was bezorgd, maar ook wel nieuwsgierig. Aan de telefoon hoor ik haar vermoeide stem en mijn gevoel zegt dat er meer aan de hand is. "Ik heb het hele weekend geslapen, maar ik ben nog steeds uitgeput." Hm, dat klinkt niet goed. "Het is het gevolg van een hartvliesontsteking." “Dus…het hart heeft een vlies dat kan ontsteken?” Ik hoor hoe dom ik klink. "Vorige week onderging ik een PET-scan. Ze zagen twee vlekjes oplichtten: eentje bij een klier in mijn oksel en eentje bij mijn hart. Er volgen onderzoeken, maar het kan zijn dat de kanker terug is. Terwijl ik vorige maand nog een schone scan had." Ik voel dat ik gestopt ben met ademen en verbijsterd luister. "Als het toch slecht nieuws is, wat wil je dan doen?” “Ik wil geen behandeling meer, en al zeker geen chemo. Maar ik wil ook niet sterven." Haar pijn is de mijne, want dat is ook mijn grootste vrees. Maar dat hou ik voor mezelf. "Je gaat ook nog niet dood. Tot alle hoopvolle pistes bewandeld zijn, blijven we volop leven. Nog niet vooruitlopen op de feiten, dat is verspilde energie", tracht ik haar te troosten.
Dan komt de adviesvraag die me raakt: "Waar haal jij telkens de moed om te vechten?" Eerlijk? Dat vraag ik mezelf ook vaak af. Bij mijn laatste diagnose duurde het anderhalve maand voor ik alle moed bijeenraapte. Ik geloof dat we allemaal een onbewuste oerkracht bezitten die gesterkt wordt door het geloof van anderen. Elke keer denk ik: nu zit ik aan mijn limiet, maar dan schotelt het leven mij de volgende beproeving voor. Ze contacteerde me dus voor mijn expertise. Ik ben gevleid, al was ik liever een expert in een heel ander vak.
Hartgenoot Kimberly (31 - diagnoseleeftijd 29): "Ik heb echt alles geprobeerd, en dat geeft me rust.”
De diagnose borstkanker voelde zo surreëel, dat ik in eerste instantie aan een cyste dacht. Ik herstelde, om daarna palliatief te hervallen. Ons gesprek inspireerde me om toch nog chemo te proberen, maar de kanker is té snelgroeiend. Ik heb euthanasie aangevraagd en heb er vrede mee. Jij zei dat iedereen mijn beslissing moest respecteren. Dat gaf me enorm veel kracht. Ik kan nu alles tot in de puntjes zelf regelen en afscheid nemen op een mooie manier. Onthoud: niet iedere dag is een goede dag, maar er zit altijd wel iets goeds in.
Lees de column (als abonnee), elke zaterdag, ook in het weekendmagazine Billie als bijlage in de volgende kranten:
Column nr. 5:
- Het belang van Limburg: Een kijk in het hart van Serap Can: “Tot alle pistes bewandeld zijn, blijven we volop leven” | HBVL
- Het Nieuwsblad: Een kijk in het hart van Serap Can: “Tot alle pistes bewandeld zijn, blijven we volop leven” | Nieuwsblad
- Het gazet van Antwerpen: Een kijk in het hart van Serap Can: “Tot alle pistes bewandeld zijn, blijven we volop leven” | GVA